Imponeren: show en perceptie
We laten ons nogal imponeren, misleiden en verblinden.
Het is eeuwen oud. Van purperen gewaden met winters witte hermelijn, goud en slaven naar poolboy, merkkledij en dure wagens. Terwijl iedere zak met vlees en been even sterfelijk is.
Je wordt beoordeeld volgens je wagen. Daarom hebben we er zoveel voor over: geld, tijd en wax. Hij moet liefst iets groter, mooier en vooral duurder zijn dan die van de buren. En de familie. En de collega’s. En de vrienden. En de relaties. In het verkeer lijkt het vaak alsof bestuurders van duurdere wagens (denken) eerder voorrang (te moeten) krijgen. Het ultieme statussymbool. Hoewel de smartphone (naast een horloge) flink in opmars is. Voordeel: die kan je altijd en overal bij je hebben. Pronken.
Ik volgde eens een cursus Time Management bij een Hippe vogel. Lang grijs haar, grijze baard, helemaal in het zwart gekleed. Hij deed dat ook voor hele grote bedrijven, en legde uit hoe hij dat aanpakte. Na een vraag of afspraak reed hij met zijn deux chevauxtje naar een verhuurder om de grootste en duurste Mercedes voor 1 dag te huren. Daarmee sjeesde hij het terrein van het bedrijf op, en parkeerde vlak voor de deur, liefst op de plaats van een directeur (of minstens het kader). En bij voorkeur dwars over 2 parkeerplaatsen. Met wat vertoon en nonchalance, zodat iedereen het zeker gezien had. Daarmee was de entree gemaakt, de toon gezet, en respect afgedwongen. En werd de prijs voor een cursus TM minstens 15 keer hoger. En het bleek te werken.
Niet alleen voor de waarnemer. Ook voor de gebruiker. Je ziet het in iedere show. Je ervaart het met carnaval, als je theater speelt, je verkleed voor een feestje. En zelfs als je je omkleedt om naar een meeting te gaan, je scheert, maquilleert.. Het helpt om een rol te spelen.
Pak en das of strikje. Nog beter, ik draag geen pak, maar een Armani, geen horloge, maar een Rolex.
Zoveel te meer geld mijn auto, huis en spullen kosten, zoveel te belangrijker ik ben en zoveel te hoger ik op de maatschappelijke ladder lijk te staan. Hebben we ons door reclame laten opnaaien. En trappen we nog steeds in. Ook handig en belangrijk als je naar de politie of de rechtbank moet. Je wordt makkelijker ernstig genomen.
We typeren mensen volgens die uiterlijke kenmerken. Vaak stereotiep, ook om onszelf te beschermen. Een bedelaar die een dollar vraagt voor soep vangt bot, dezelfde kerel als zakenman gekleed wordt wel geholpen. (https://www.youtube.com/watch?v=w1rwRT229Uo#t=40 The Real Homeless Man Experiment). Een bezwijkende hoester in pak of kloffie wordt afhankelijk van zijn uiterlijk wel of niet geholpen (Appearances Matter? Homeless Vs Businessman (Social Experiment) https://www.youtube.com/watch?v=XuxOrCoYnV0 ).
Familie en partner zien of herkennen een bedelende relatie niet (People Don’t Recognize Family Members Disguised as Homeless https://www.youtube.com/watch?v=Q9Ed6-ztv6g ).
Ook dit is perceptie: ‘fuck the poor’ collecte https://www.youtube.com/watch?v=rElgYNemi1A
Op een eerste werkdag bij een grote organisatie werd ik aangesproken door een boertig type: pet, pijp wat grof. Vroeg naar mijn mening, en wat ik in mijn job ging doen. In de stijl van: “Ze kunne me godverdomme allemaal mijn klote kusse…” Ik ben toen gewoon mezelf en correct gebleven, en heb me niet uit mijn tent laten lokken of mee laten sleuren. Achteraf bleek het de nr. 3 uit de organisatie te zijn. Hij kende en gebruikte het spel van misleiding.
Als zaakvoerder van een grote instelling had ik een afspraak met collega’s van de Rotary. Een van mijn principes was altijd dat ik van personeel nooit dingen vroeg die ik zelf niet zou (willen) doen. Die middag trok is een grijs-blauwe stofjas aan, en begon met de schrobmachine de inkomhal schoon te maken. Twee gasten kwamen binnen, spoedig gevolgd door een derde. Daarop namen ze plaats in enkele zeteltjes, om op nog 2 anderen te wachten. Hoewel de machine behoorlijk geluid maakte, heeft niemand me herkend, of zelfs niet gezien. Pas toen de groep volledig was, en ik de schrobmachine voor hun neus parkeerde, en daarna op hen toe stapte, waren ze eerst verbaasd, toen de kluts kwijt, dan gechoqueerd. En daarna kwamen excuses, begroeting, en het weglachen van de spanning. (Ik heb er nog plezier in.)
Als prille twintiger had ik voor een zaak waarin ik echt geloofde voor het eerst een ontmoeting met een minister (toen van tewerkstelling). Ik moest een project voorstellen, uitleggen en verdedigen (om er centen voor te krijgen) aan een gezelschap op niveau (kuch). Mijn eenvoudige trucje heeft altijd gewerkt: zie hem in gedachten in zijn blootje, bij voorkeur op het toilet. Het blijken plots allemaal gewone mensjes te zijn. Ik heb nooit meer last gehad van geïmponeerd zijn door uiterlijk vertoon of machtspositie.
Ik heb daarom wel sympathie voor nudisme, waarin iedereen ontdaan is van uiterlijke kenmerken. (Hoewel er ook nog pogingen zijn met juwelen en tatoeages.)
De rijke Indiase textielgigant Pankaj Parakh paradeert tussen 4 bodyguards in een gouden hemd. 160.000 euro. 4 kilo. En dan heeft het nog korte mouwen!
Uiterlijk vertoon. Al draagt een aap een gouden ring…
Kan er iemand een Rolls Royce front op mijn bestelwagentje komen monteren?