Discriminatie en gettovorming
Er waren amper tot geen vrouwen op deze congressen. Ze hebben wel een keer zelf een samenkomst uitsluitend voor vrouwen georganiseerd. Dat was een moeilijke en vreemde ervaring. Enerzijds omdat er maar ééntje Nederlands sprak. En ik dus 95% van hun overleg niet kon volgen. Alleen maar kon afwachten welke de besluiten waren.
Anderzijds omdat me door de Nederlands sprekende dame werd duidelijk gemaakt dat ik haar wel een hand mocht geven en aanspreken, maar dat de andere dames dat absoluut niet zouden appreciëren. Het was ongebruikelijk om een vreemde man aan te raken. Of –zoals ik zou merken- zelfs maar aan te kijken. Bij het afscheid gingen ze zedig met hun rug naar me toe naar de muur staan kijken. Behoorlijk onbeleefd vond ik dat. Maar ja, klant is koning…
We hadden ooit een fantastische Turkse ploegbaas. Zelfstandig, vrolijk en onafhankelijk. Maar ik zag de sterke, zelfstandige en goed geïntegreerde ploegleidster wel veranderen en minder kritisch worden onder druk van familie en geloofsgenoten. En na enkele jaren kwam ze van haar vakantie in Turkije terug. Getrouwd. Met een man die ze amper kende. Niet echt mocht. Maar nu wel mocht onderhouden. En zonen schenken.
Het laatste Suikerfeest dat ik bij haar meemaakte is al jaren geleden. Ik heb geen idee hoe het haar verder is vergaan. Maar het was een pijnlijke, onterende en spijtige verslechtering van haar situatie.
Erdogan was een van uitgenodigde en aangekondigde sprekers. Ik dacht in 1998.
Er is toen wekenlang heibel en onzekerheid geweest. Omwille van zijn extreem rechtse ideeën mocht hij eerst België niet in. Persona non grata. Ongewenst. Uiteindelijk (met verscherpt toezicht) toch toegelaten.
Nu hij als president van Turkije zijn visie met harde en bloedige hand in de praktijk brengt wordt hij echter in Brussel hartelijk en met veel eerbied onthaald. En betaald. In een bij voorbaat mislukte poging om de vluchtelingenstroom af te kopen.
In Knack, 6/3/16 lees ik “droomt de Turkse sultan en moslimbroeder van het Grote Osmaanse Rijk. … Vooraleer Erdogan de AKP oprichtte was hij burgemeester van Istanbul en leider van de REFAH-partij. Hij wilde de sharia invoeren en verschillende rechten geven aan de bevolkingsgroepen naargelang hun religieuze overtuiging. Geïnstitutionaliseerde discriminatie.
De partij werd in 1998 veroordeeld door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, en uiteindelijk verboden in Turkije, dat toen nog een seculiere staat was in de geest van Kemal Atatürk. Sinds hij in 2003 premier werd islamiseert hij zijn land tot een persoonlijk kalifaat.
Erdogan voert een bloederige burgeroorlog tegen zijn eigen Koerdische bevolking…”
Met Erdogan, met de tijd, lijkt het concept ‘islam’ steeds extremer te worden.
Ik zie en voel de samenleving veranderen.
In Anderlecht waren er wijken waar je beter wegbleef. De politie deed dat ook. Grondgebied dat werd opgegeven.
Uit o.a. Meulenberg blijf je beter weg. De wegcode geldt er niet voor de lokale bevolking. Zich sterk voelende kerels en groepen doen er precies wat ze willen. Dreigen. Terroriseren. Palmen hun terrein in. Stellen hun eigen wetten.
We laten het gebeuren, en blijven verstandig weg. We laten de getto’s speerpunten worden voor criminaliteit en terrorisme.
We tolereren dat de weg bereid wordt voor misdaad en terrorisme.
Want anders krijgen we verwijten. We discrimineren, en zijn racisten.
Terwijl ik het net omgekeerd ervaar:
zij discrimineren, en zijn racisten.
En bij iedere veldslag die ze winnen vinden ze ons, Westerlingen nog meer zwak en inferieur.
En gaan ze nog een stapje verder.
Ik begrijp dat.
Wij hebben daar zelf ook schuld aan.
Evenveel als zij.
We hadden er eerlijk en open over moeten zijn.
En niet alles als “integratie” moeten omschrijven en blijven accepteren.