Categorie archieven: Schrijvert

Hoe wordt ik schrijver? 10

Helaas twijfel ik aan mijn kwaliteiten als humorist. Ik moet weliswaar zelf altijd hartelijk lachen om mijn eigen grappen, vooral om die die ik zelf leuk vind, en dat is heus niet enkel uit beleefdheid hoor, maar ik weet niet of mijn publiek mijn grapjes wel als dusdanig zou herkennen en waarderen. En niets lijkt me zo beschamend als voor een eerder dom publiek in je eentje te staan lachen met de grappen die je zelf al zeven keer verteld en gehoord hebt.

Op deze plaats in dit schrijfsel, mijn lieve lezer, bekruipt mij het onweerstaanbare verlangen. Om iets over de achterflap van dit boek te schrijven. Helaas, het zal zelfs voor U duidelijk wezen, dat een dergelijk verlangen in dit stadium van wording volslagen onmogelijk is. Bij gebrek aan achterflap. U zal geneigd zijn nu verwonderd naar de achterzijde van dit boek te kijken, en inderdaad: er is toch een achterflap! Laat ons duidelijk zijn, lezer. Deze flap is er wél, op het ogenblik dat U dit leest, maar was er nog niet, op de frisse dinsdagochtend, toen ik, zonder kousen en ongekamd, dit literaire spinsel ten behoeve van de naïeve lezer aan mijn tekstverwerker toevertrouwde. Ik zou het trouwens niemand anders durven toevertrouwen. Ik schaam me diep, als ooit iemand dit zou lezen. Anderzijds, moest er nooit iemand de vrucht van mijn schrijverschap proeven, dan zou ik me als schrijver doodschamen ooit zoiets geschreven te hebben. Dank dus, beste lezer, voor het welwillend volharden bij het doorlezen -het zal op zijn minst al wat oppervlakkiger gebeuren nu, geef het maar toe- van dit boek.

U merkt ondertussen zeer zeker dat ik over alle kwaliteiten van een uitermate gefrustreerd schrijver beschik. Ik denk dat ik het nog ver zal schoppen. (Wat er in dit geval met ‘ik’ en ‘het'” bedoeld wordt, weet ik niet. Mogelijk moet dit hier ‘men’ en ‘me'” zijn.) U merkt dat mijn taalgebruik absoluut ongeschikt is om me in het gewone, dagdagelijkse leven te handhaven. Niemand gebruikt ooit zulke vreemde woorden en ongepaste zinsconstructies. Moest ik samen met U mijn tijd verdoen met het staan wachten op de tram, en zou ik U daarbij op een gelijkaardige wijze te woord staan, dan zou U in een verschrikkelijke lachbui uitbarsten. Gelukkig zijn er maar heel weinig trams. Een dergelijk woordgebruik is dus uitsluitend het voorrecht van een voldoende gefrustreerd schrijfer.

Waarom ik dan gedreven word om iets over de achterflap van dit boek te schrijven? Om eerlijk te zijn, lieve lezer, (waarmee ik meteen al probeer om een beetje intiem te worden) schrijf ik dit boek met de intentie om een Bekend Persoon te worden. Daar staat U allicht van te kijken. Nu besef ik ook wel dat men om een Bekend Persoon te worden minsten drie maal (3 X) op TV te zien geweest moet kunnen zijn. (Vijf werkwoorden achter elkaar, geef toe, dit getuigd van vakmanschap. Vooral omdat deze zin nog perfect leesbaar blijft. Zelfs schrijfbaar.

Wat het begrijpen ervan betreft, kan ik als schrijver natuurlijk geen enkele verantwoordelijkheid op me nemen aangaande de geestelijke vermogens van de lezer.) Beter nog is het om bij het medium TV geregeld in het nieuws te komen. Al was het maar om het nieuws te lezen. Aangezien ik nooit een aanbod gekregen heb om een Tv-spel, of zelfs maar om het even wat, te presenteren, heb ik mij op het schrijven geworpen. Ik leg me erbij neer, dat ik hierbij mijn knie bezeerd heb. Om een Bekend Persoon te worden, is het natuurlijk op de eerste plaats nodig om op straat herkend te worden. Wel is het mij al twee maal overkomen dat een kind me in de Carrefour als Urbanus Van Anus herkende. Ik wil er de nadruk op leggen dat dit volkomen foutief is. Ik ben Urbanus Van Anus niet, en ik zou dus ook liever niet als Urbanus Van Anus herkend worden.

Hoe wordt ik schrijver? 9

Ik ben bij het opstellen van mijn classificatie tot de in het geheel niet verrassende vaststelling gekomen dat de meeste boeken over meer dan één onderwerp handelen.

Geweld & Liefde. Oorlog & Geweld. Oorlog & Vrede.

Spanning & Avontuur. Kwik & Flupke.

Een  gegarandeerd  succes zal  dus  zeker  meerdere onderwerpen moeten behelzen, bijvoorbeeld: een geweldig liefdesavontuur in een wrede oorlog. Daar zit dan zowat alles in. Tenzij je voor de held en zijn geliefde vamp andere namen kiest dan Kwik & Flupke.

Ondertussen, beste lezer, ben ik er van overtuigd geraakt, dat, indien U dit boek nog steeds niet terzijde hebt gelegd, met andere woorden, indien U nog steeds in dit boek aan het lezen bent (want dat is niet hetzelfde, U kan er ook muggen mee doodmeppen!), dat U dan, en niemand anders, recht hebt op de Nobelprijs literatuur. En zelfs op eender welke literaire prijs. Want enkel iemand die welhaast zijn leven veil heeft voor de literatuur, kan zich zo ver boven dit schrijfsel verheffen, dat hij tot bladzijde vijftien geraakt. En dat is precies waar U nu bent. (Of zou moeten zijn).

Wat nu betreft het doodmeppen van de muggen, kan U het boek best ongeveer in de helft open. Lees aandachtig zowel de linker als de rechter bladzijde. Nu het nog kan. Bijvoorbeeld bladzijde 73 en bladzijde 74. Spreid daarna Uw beide handpalmen onder het geopende boek, en tracht omzichtig de mug te besluipen. Met een klap klapt U nu het boek dicht, uiteraard met de mug ertussen. Die is dan uitgeschakeld. Dit is een staaltje van verpletterende, zelfs dodelijke literatuur. U bent nu een moordenaar. Als alles naar wens is verlopen, kan U de mug terugvinden tussen bladzijde 72 en bladzijde 75. Gelukkig had U dit eerst aandachtig gelezen.

Toch?

Maar terug naar het onderwerp. Vooreerst de historische roman. Hebt U nooit een boek gelezen waarin de held van het verhaal, gehuld in wolvenvachten, manhaftige pogingen doet om met behulp van houten stokken of stenen een vuur aan te leggen? Om het daarna te aanbidden, of vloekend zijn vingers te verbranden. Of het avondmaal te bereiden dat hij nog moet vangen. Of gewoon om zijn grot, hut of spelonk te verwarmen. Je zou voor minder de centrale verwarming uitvinden.

In het beste geval komt er een geweldige en gewelddadige vrouwenroof in het verhaal voor, waarbij de held bij de naburige stam zijn teerbeminde mag gaan ontvoeren, en haar als een volleerde Tarzan meesleept naar zijn hol. Maar nu zit ik weer op mijn stokpaardje. Dat laat ik eigenlijk liever aan een ander over.

Ik heb, beste lezer, eens met het idee rondgelopen om eens een humoristisch boek te schrijven. Liever nog zou ik met een goed cabaretstuk zelf, in hoogst eigen persoon, op de bühne gaan staan. Want eigenlijk heb ik, diep in mijn hart, de grootste bewondering voor zulke humoristen. Ondanks het feit dat ik er toch wel mee moet lachen.

Hoe wordt ik schrijver? 8

Even heb ik overwogen om als rode draad in dit boek, effectief een rode draad er in op te laten nemen. Maar ik vrees, dat na mijn beledigende uitlatingen over uitgevers, geen enkele uitgever die de boeken die hij uitgeeft ook eerst leest, nog bereid zal zijn om deze extra kosten hiervoor op zich te nemen. Dat betekent dus, beste lezer, dat U het zonder rode draad zal moeten doen. (Met ‘het’ wordt uiteraard het lezen van dit boek bedoeld. In dit geval.) Maar tot groot genoegen van de schrijver, en tot groot ongenoegen van de lezer, laat dit de schrijver toe om van de hak op de tak te springen. Waarvoor dank aan de uitgever. Mocht ik hierdoor mijn vroegere verwijten aan uitgevers weer goedgemaakt hebben, waardoor de uitgever onverhoopt toch nog een rode draad in dit boek wil laten inlijmen, dan wil de lezer wel zo vriendelijk zijn om deze draad er onverwijld terug uit te trekken. Zelfs indien het een boek uit de bibliotheek betreft. Hoewel, een doorlezende uitgever zal zich nu toch wel eens extra bedenken. Hiermee sluit ik dit onderwerp af. Want ik merk bij mezelf wel dat ik alleen al hierover een volledig boek zou kunnen schrijven. Dat is misschien een goed idee voor een volgende boek.

Dit brengt ons meteen terug bij het onderwerp van ons boek. Hoe wordt U schrijver. (tja, IK niet natuurlijk, ik ben het al.) U hebt dit boek gelezen, of althans het begin ervan. Helaas komt U tot de ontstellende ontdekking dat U onvoldoende gefrustreerd bent. U weet helemaal niet waar U een boek over zou kunnen schrijven. En U stelt zich de vraag: “Waar zou ik een boek over kunnen schrijver?”

Schrijver dezes heeft zulke vraag voorzien. Hij heeft dan ook een poging gedaan om een inventaris te maken van de verschillende onderwerpen waarover boeken zoal plegen te handelen. Dit boek inbegrepen. Merk dat ik hier van de ik-persoon naar de hij-persoon ben overgeschakeld. Laat me U waarschuwen. Je moet al een sterke persoonlijkheid hebben om iets dergelijks te realiseren. Waarmee ik maar  wil zeggen…!

Begint U er dus maar liever niet aan.

Terug naar het huidige onderwerp van dit boek, namelijk: het onderwerp van een boek. Voor alle duidelijkheid wens ik hier aan te halen dat mijn overpeinzingen (want van wetenschappelijk onderzoek is ook hier, andermaal, geen sprake!) enkel betrekking hebben op fictie. Wist U trouwens dat overpeinzingen ook betrekkingen kunnen hebben? (Grapje!)

Boeken kunnen velerlei onderwerpen hebben. Daarom zijn er ook zoveel boeken. Bij het tot stand brengen van een classificatie van de verschillende onderwerpen van boeken, heb ik me verplicht gevoeld om iedere onderverdeling onder te verdelen in meerder onderverdelingen. En dan nog is het haast ondoenlijk om alle onderwerpen te klasseren. En zeg nu zelf, een thema al ‘varia’, of ‘allerlei’, zegt eigenlijk niks. Je zou er dus alles onder kunnen klasseren. Hetgeen dan weer een classificatie oplevert die schreeuwt om onderverdelingen. U merkt het: ik ben ruim voldoende gefrustreerd om over ieder onbenullig onderwerp, zelfs dat van een boek, een boek te schrijven.

Tussen haakjes (Ik merkte zopas, toen ik een doos fruitsap uit de frigo nam, dat ik in geval van brand -in dit weekendverblijf- dringend behoefte heb aan een tolk om het Frans op het brandblusapparaat in een voor mij begrijpelijke taal te vertalen. Maar ik zal me wel kunnen behelpen. Water moet Oo! zijn in ’t Frans.) Maar dit dan tussen haakjes.