Fiets verkeer(d)

Fietsen is goed voor je conditie, voor je portemonnee en voor het milieu.
Of het ook gezond is, daar twijfel ik vaak aan. Vooral als ik weer eens hijgend de brug over de snelweg bestijg om daar de uitlaatgassen van naast en onder mij voorbijrazende vierwielers te proeven.
Of als ik in de buurt van een industrieterrein de wolken zie en ruik die daar geproduceerd worden.
Of als ik weer voorbijgestoken wordt door een romantisch stinkende scooter, of een knetterend mobyletje. Je wordt er soms gewoon misselijk van, en je kan gewoon geen kant uit.
Toch ga ik principieel vrij vaak op weg met menskracht, en laat ik mijn brandstofmotor wat rusten.  En los van de adembenemende uitstoot van onze moderne samenleving, blijft fietsen een schrikwekkend en gevaarlijk avontuur.
Met het verkeer uit mijn kindertijd was het geen probleem om alles per fiets te doen. Veel minder auto’s, en je hoorde ze dus van heel ver aankomen.  Ze vlogen ook niet als gek door het dorp. Iedereen zou het gezien en geweten hebben. Verkeersborden waren er amper, en eigenlijk ook niet nodig. Maar tegenwoordig moet iedereen (minstens) een eigen wagen hebben. En niemand vertrekt op tijd, want alles moet in ijltempo. Om toch maar snel in de file te kunnen staan.
En naast dat drukkere, en snellere verkeer kom je dat ook nog eens werkelijk overal tegen. Ik gebruik bij voorkeur zo veel mogelijk fietspaden, veldwegen en dorpsweggetjes. Maar koning auto slaat overal toe.  En hinderlijk kleingrut moet maar wijken. Het nadeel van kleine wegen is dat ze vaak ook zeer smal zijn. Geen probleem voor een fietser. Zelfs niet voor een auto.  Maar een vrachtwagen die nog net de juiste breedte heeft en aan 60 km per uur  dezelfde route volgt is ronduit beangstigend.
Als zwakke weggebruiker  maak je je dan maar uit de voeten. Hopelijk is er een grassige berm. Zonder prikkeldraad. Of gracht. Of stoeprand. Of kuilen langs de weg.  Of bomen. Of geparkeerde wagens.  Of palen. Of lekkere braambessen. Of netels.
Met een beetje geluk is er net uitgemeten, genoeg ruimte voor een bus en een fietser. Dat de luchtverplaatsing je een oplawaai geeft waardoor je toch nog over de berm gaat slingeren is geen bekommernis voor wie veilig en hoog in een stalen kolos zit.
Ook leuk als er een tractor naast je rijdt, met gigantische wielen die hoger zijn dan een rechtopstaande volwassene. Zelfs als die gemotoriseerde blikken weggebruikers je niet raken blijft het beangstigend. En het is ook al geen troost om te beseffen dat ze je in hun dode hoek toch niet meer kunnen zien.
Ook altijd grappig om te zien: reusachtige terreinwagens op een smalle weg. En die jongens durven dan natuurlijk met hun off-road niet naast de weg te rijden, die verwachten echt wel dat je als arme fietser dan maar letterlijk aan de kant gaat staan.  Waarom heb je dan een 4×4?
De automobilisten die zelf ook wel eens op de fiets zitten haal je er zo uit. Die weten hoeveel moeite het kost om als fietser te moeten afremmen en je weer op weg te trappen. Terwijl je daarvoor in een wagen slechts even op een pedaal moet drukken. Dat zijn de chauffeurs die je ook zien aankomen, en voorrang geven. Bedankt jongens. (En meisjes natuurlijk ook.)
Het kan natuurlijk weinig kwaad om als fietser wat voorzorgen te nemen.  Sinds er  in mijn geheugen een gat zit op de plaats van 1 mei 2013, draag ik altijd een fietshelm. Ik vind het altijd een beetje bevreemdend om moeders  tegen te komen die hun kleintje naar school fietsen. De kinderen dragen een helm. Veiligheid boven alles. Er moest maar eens iets gebeuren. Liever niet met onze kleine.  Maar zelf hebben ze dat vaak niet nodig. Dat geeft een indruk als: ze willen hun kind niet verliezen, maar geven er weinig om dat het kind hun moeder zou verliezen. Vreemd toch.
Je geeft daarmee ook het signaal dat een fietshelm iets voor kleine kinderen is, en dat ze die niet meer moeten dragen als ze groot genoeg zijn. Komaan!
Er ligt nog wat op mijn maag aangaande oortjes en muziek, sms’en en gee-es-emmen op de fiets.
En verlichting die niet werkt.
En het bij schemering dragen van een fluo-vestje met reflecterende stroken, dat echt een verschil tussen leven en dood kan uitmaken. En de nieuwe generatie ouderen met hun supersnelle e-bikes. Maar dat zal ik voor een andere keer laten.
Anders lijkt het nog alsof de fietsers het gevaar op de weg zijn.

Eén reactie op “Fiets verkeer(d)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *